-
1 vorm
♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iets in een andere vorm gieten • changer la forme de qc.vorm aannemen • prendre formede bedrijvende en de lijdende vorm van een werkwoord • les voix active et passive d'un verbevorm aan iets geven • donner forme à qc.vorm geven aan een gedachte • formuler une idéehij is zeer gehecht aan vorm • il est très attaché aux formesin de vorm van een hoefijzer • en forme de fer à chevalin de vorm van een brief • sous forme de lettrein vorm zijn • être en (pleine) forme〈 sport en spel〉 weer in vorm, uit vorm raken • retrouver, perdre sa formenaar, in de vorm • dans les règlesuit de vorm raken • se déformeruit vorm zijn • être en méformevoor de vorm iemand vragen • inviter qn. pour la formezonder vorm van proces • sans (autre) forme de procès
См. также в других словарях:
Gott — 1. Ach du grosser Gott, was lässt du für kleine Kartoffeln wachsen! – Frischbier2, 1334. 2. Ach Gott, ach Gott, seggt Leidig s Lott, all Jahr e Kind on kein Mann! (Insterburg.) – Frischbier2, 1335. 3. Ach, du lieber Gott, gib unserm Herrn ein n… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Teufel — (s. ⇨ Teixel). 1. A mol muess ma m Teuffel uff de Wedel treta. – Birlinger, 1036. 2. All, wat de Düwel nich lesen kann (will), dat sleit he vörbi (oder: sleit he äwer). – Frommann, II, 389, 123; Eichwald, 346; Goldschmidt, 57; Kern, 1430. 3. Als… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon